Wildopvang
In Nederland hebben wij maar liefst 78 wildopvangcentra. Maar wat doen deze voor de dieren? Zij vangen verweesde, gewonde, verzwakte en zieke dieren op die in het wild leefden. Na het behandelen, revalideren en verzorgen kunnen veel dieren weer op een geschikte plek in Nederland teruggeplaatst worden.

Natuurbehoud
Wat voor bijdrage biedt een wildopvang precies aan natuurbehoud? Door het behandelen, revalideren en verzorgen van de dieren kunnen de dieren op een geschikte plek weer uitgezet kunnen worden, en zo weer een deel worden van de wilde populatie. Hierbij houden de wildopvangcentra dan wel rekening met allerlei factoren die de kans op een succesvolle herintroductie groter maken. Zo moet men een geschikt gebied vinden om het gerehabiliteerde dier in uit te zetten en zal men hiervoor ook de bestaande dierpopulaties in de regio inventariseren. Men wil natuurlijk voorkomen dat de geherintroduceerde individuen een heel ecosysteem ontregelen of andere kwetsbare diersoorten of planten nadelig beïnvloeden. Daarnaast moet men vóór de herintroductie controleren of de vaste voedselbronnen voor het dier wel aanwezig zijn, zodat het dier later weer zelfstandig in de Nederlandse natuur kan overleven.
Bij de opvang van wilde dieren moet er dus meteen al aan de toekomst van het dier worden nagedacht. Een gerehabiliteerd dier kan tenslotte pas uitgezet worden als er goed naar bovenstaande factoren is gekeken en de kans op een natuurlijk leven groot is. Zo spelen opvangcentra een belangrijke rol bij de toekomst van onze Nederlandse fauna.
Logo overgenomen van www.wildopvang.nl; afbeelding zeehonden overgenomen van www.ecomare.nl.
